Tijdens de COVID-pandemie sloegen we massaal aan het sporten. Wandelend, lopend of fietsend (her)ontdekten we onze eigen streek. Een behoorlijk aandeel sporters werd hierbij in zijn/haar enthousiasme gestuit door één of meerdere vervelende kwaaltjes. Een andere, vaak jongere, categorie zag in het voorjaar vele sportactiviteiten wegvallen om er na de eerste versoepelingen in de zomer vol goede moed opnieuw in te vliegen. Niet zelden leidde dit door deze plotse toename in belasting opnieuw tot blessures allerhande. In wat volgt proberen we dan ook een geleide te bieden voor een optimale preventie en behandeling van de meest frequente overbelastingsletsels.
Vooraleer we hier dieper op ingaan, kan het interessant zijn om even stil te staan bij het verschil tussen acute en chronische, ofwel overbelastingsletsels.
Acute blessures worden veroorzaakt door een trauma, een externe impact (valpartij, omgeslagen voet…) met vaak macroscopische schade tot gevolg (breuk, verstuiking, kneuzing…).
Chronische blessures zijn dus de typische overbelastingsletsels. Hierbij is er sprake van een vaak discrete verstoring tussen de belasting en belastbaarheid van het getroffen weefsel (spier, pees, bot…). Deze verstoring is vaak onvoldoende om op korte termijn klachten te genereren maar resulteert na langdurig repetitieve bewegingen in eerder microscopische schade. Voorbeelden van zulke overbelastingsletsels zijn peesproblemen (achillespees, kniepees…), scheenbeenvliesontsteking, stressfracturen,… Ook al bestaan er dus zeer diverse overbelastingsletsels, vaak valt een gelijksoortig ontstaansmechanisme te herkennen. Het is met andere woorden perfect mogelijk zulke blessures te vermijden m.b.v. een doordacht trainingsschema. In wat volgt staan we dan ook graag stil bij enkele tips om overbelastingsletsels te voorkomen. Ben je toch geveld, geven we je advies hoe je zo snel mogelijk weer optimaal(!) aan de slag kan.